Kleurrijke onvolmaaktheid
Zeven vrouwen met een kleurtje buigen zich over een balustrade. Het zijn de kleuren van de regenboog maar in een verkeerde volgorde. Volgens het ezelsbruggetje roggbiv is de volgorde rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet. En omdat paars en violet zo ongeveer wel hetzelfde is, hoort de paarse dame dus helemaal rechts te staan.
Zo hoort het en zo is het.
Toch?
Maar, zie je wel wat je denkt te zien?
Nog voor ik op zoek ging op het internet naar informatie over de kleuren van de regenboog, gingen mijn gedachten aan de haal met het getal zeven. Uit mijn gereformeerde opvoeding is me bijgebleven dat zeven het getal van de volheid is. Misschien schrijf ik nog wel eens een blog over het volmaakte getal,
Onlangs plaatste Walter een cartoon waar God op de divan ligt bij de psychiater en de verzuchting slaakt dat de homo’s zijn regenboog hebben gestolen. In een van de reacties wordt geclaimd dat Gods regenboog zeven kleuren heeft en die van de gay gemeenschap zes kleuren. Die zeven gekleurde mensen kijken naar een zee van groen met minstens zo veel verschillende tinten als wij kleuren in de regenboog denken te zien.
Deze blote dames zijn niet alleen qua kleur allemaal verschillend. Zelfs als er eeneiige tweelingen tussen staan, zijn ze vrijwel identiek maar net niet helemaal. Dat de regenboog zeven kleuren heeft, klopt niet.
Zijn het dan vijf kleuren, zoals Willem Wever beweert? Zijn de kleuren indigo en violet er bij verzonnen omdat zeven in de bijbel een heilig getal is? Dat lijkt me een Willem Wever grap. Dat Newton, die aantoonde dat licht uit eindeloos veel kleuren bestaat, maar omdat men in die tijd alles wilde ordenen en daarom voor zeven kleuren koos, is na driehonderd jaar ook lastig vast te stellen. Zeven dagen in de week, zeven noten in een toonladder, sinds de Oude Grieken een bijna magisch getal. Hebben we het nu toch over het getal zeven in plaats van de kleuren van de regenboog. Nou ja, vooruit maar.
Zo veelkleurig als de regenboog is, zo is misschien wel alles volmaakt onvolmaakt. We willen graag structuur, het moet kloppen, maar wat voor de een klopt, klopt voor de ander helemaal niet. Als we het onverklaarbare nu eens als feit konden accepteren, dan hoeven we er ook geen strijd meer om te voeren of een buitenaardse macht te scheppen die we zonodig als het einde van alle tegenspraak kunnen opvoeren.
Meer en meer kan ik die spanning tussen wel en niet, waar of niet waar, loslaten en simpelweg genieten van de veelkleurigheid, de verscheidenheid en de uniciteit van en in het leven. Het is wat het is, zeg ik regelmatig. Misschien moet ik toch wat vaker naar mezelf luisteren.
Hoe je moet leven?
Geen idee.
We klooien maar wat aan, hoorde ik onlangs.
Ik doe ook maar wat.
En dat is prima.