We zijn wat ons is overkomen
Nick Hornby – De lange weg naar beneden
Op oudejaarsavond ontmoeten vier mensen elkaar op het dak van een flatgebouw. Ze hebben allemaal hetzelfde voor ogen: springen. Ze doen het niet. Vanaf dan is er tegen wil en dank een band en ze trekken met elkaar op.
Jess is de dochter van een politicus. Haar zus is spoorloos en zij trapt tegen alles en iedereen aan.
Maureen verzorgt als alleenstaande vrouw haar gehandicapte zoon Matty.
Op een moment doen de vier een wensspelletje. Uit dat deel een citaat:
“Ik wou dat ze iets uitvonden om Matty te helpen.”
“Je kan toch wel iets beters verzinnen?” zei Jess.
We krompen ineen.
“Hoezo?”
“Nee, nou ja, weet je, ik vroeg me af wat je zou gaan zeggen. Want je had kunnen wensen dat hij normaal geboren was. En dan had je jezelf dat jarenlange poepruimen kunnen besparen.”
Maureen zweeg even.
“Wie zou ik dan zijn?”
“Hè?”
“Ik weet niet wie ik dan zou zijn.”
“Jij zou nog steeds Maureen zijn, stomme ouwe koe.”
“Dat bedoelt ze niet,” zei ik. “Ze bedoelt zeg maar dat we zijn wat ons is overkomen. Dus als je weghaalt wat ons is overkomen, dan … Snap je?”
Reacties